Er zijn
dingen die veranderen en andere dingen die nooit zullen veranderen. Eén ervan
is de heerlijke ervaring die groepswerken geven. Werkelijk waar, ik krijg er
geen genoeg van. Nee die sarcastische ondertoon meen ik niet, meestal kan ik me
wel snel aanpassen aan eender welke groep en loopt het best gesmeerd. Eén ding
is wel zeker, na zo’n groepswerk zullen dingen oftewel hetzelfde of nooit meer
hetzelfde zijn. Oftewel heb je vaste groepsgenoten gevonden oftewel krijg je
een zenuwinzinking en dank je de volgende keer vriendelijk wanneer je gevraagd
wordt door dezelfde mensen. Voor de mensen die me persoonlijk kennen, geen nood,
voel je vooral niet aangesproken! Of misschien wel? Nee eventjes serieus, voel
je niet aangesproken. Er is in mijn leven nog geen reden toe geweest.
Eén van die
dingen die nooit zullen veranderen, is de snelheid waarmee groepen gevormd
kunnen worden. Dit, beste lezer, gebeurt sneller dan dat het licht zich
voortplant. De lesgevende moet slechts “Gr-“ uitspreken en a.d.h.v. non-verbale
communicatiemiddelen is het klusje geklaard in slechts ettelijke milliseconden.
Oogcontact is een populaire manier, maar je hebt ook de wijsvinger die
afwisselend van het eigen hart naar die van een andere groeps/soulmategenoot
afwisselend kan bewegen. In ieder geval als je niet snel genoeg optreedt,
gebeurt het volgende. Je hebt geen groep en je hebt sowieso een vaste visie
over wie je precies als groepsgenoot ziet: een hardwerkende, slimme,
inventieve, vaardige, niet-te-veel-slaap-eisende medestudent die kan mee bikkelen
tot het bittere einde van zo’n taak, maar omdat je te laat was in het
oogcontact zoeken met een ander, of zoals sommige jagers prefereren: maanden op
voorhand sluwe mails rondsturen, ben je het overschotje.
Laat me het
overschotje definiëren: een groep van mensen (ja ook zij zijn mensen) die
overblijven en de meest akelige blik toegeworpen krijgen wanneer ze vragen of
ze er ‘nog’ bij kunnen: “Nee helaas, oh nee wat jammer!”, klinkt het vol
ongemeende spijt. En naarmate de tijd vordert, kom je tot het besef dat je
ergens zult moeten aanpappen of je houdt iets van waardigheid over en je maakt
een ruiker met de bloemen (het gebruik van onkruid is zeer ongepast in deze
context) die er zijn, je roeit met de riemen die je hebt en op hoop van zegen
vlieg je erin.
En hoe
frustrerend het soms kan zijn, je maakt er simpelweg het beste van. Je moet het
een kans geven en als je merkt dat het niet lukt, dan stroop je de mouwen op en
doe je het zelf. Want dat, beste lezer, is het leven. Je kiest je groep niet
altijd, je kiest niet wie je tegenkomt in het leven, wie er weggaat. Je in de
steek laat. Je het zelf laat doen. Je kiest niet om gekozen te worden.
Bovendien
ben je een ervaring rijker. En al moet je het opnieuw doen, dan kies je wijzer en
ouder andere groeps/levensgenoten.
Succes.
Groetjes,
Madeliefje.